Maatregelen voor ondernemingen
20 september 2017
De maatregelen voor ondernemingen zijn vooral gericht op het voorkomen van oneigenlijk gebruik in de vennootschapsbelasting: een renteaftrekbepaling wordt gerepareerd en dubbele verliesneming wordt voorkomen.
EIA daalt naar 54,5%
De energie-investeringsaftrek (EIA) bedraagt sinds 1 juli 2017 55%. Per 1 januari 2018 zal die aftrek dalen met 0,5 procentpunt naar 54,5%.
Tip
Deze verlaging kan een reden zijn om een energie-investering niet uit te stellen tot 2018, maar al te doen in 2017.
Zakelijkheid besmette rechtshandeling
De rente die een BV betaalt aan een verbonden lichaam, is niet zonder meer aftrekbaar van de winst. Er geldt een aftrekuitsluiting als het geleende geld gebruikt wordt voor een zogenoemde besmette rechtshandeling, zoals een winstuitkering aan het uitlenende lichaam. De aftrekuitsluiting kent een tegenbewijsregeling, waarmee de belastingplichtige kan aantonen dat er geen sprake is van oneigenlijk gebruik. Om daar een beroep op te kunnen doen moet de belastingplichtige aannemelijk maken dat zowel het aangaan van de schuld als de besmette rechtshandeling voor meer dan 50% heeft plaatsgevonden uit zakelijke overwegingen. Eerder dit jaar besliste de Hoge Raad dat aan die dubbele voorwaarde wordt voldaan als de schuld aan het verbonden lichaam feitelijk is verschuldigd aan een derde. Het kabinet vindt die uitleg onwenselijk en legt daarom nadrukkelijk vast dat in zo’n geval ook nog naar de zakelijkheid van de rechtshandeling moet worden gekeken.
Aanpak dubbele verliesneming
Stel een holding vormt samen met een dochtermaatschappij (D1) een fiscale eenheid voor de vennootschapsbelasting. In de fiscale eenheid zijn de verliezen van D1 binnen bepaalde grenzen te verrekenen met de winsten van de holding. Daarnaast heeft de holding een dochtermaatschappij (D2) buiten de fiscale eenheid. D2 heeft een vordering op D1, die door de verliezen van D1 in waarde daalt. Als de holding vervolgens D2 liquideert, belandt het afwaarderingsverlies op de vordering op D1 in het verlies uit de liquidatie van D2. Dubbele verliesneming dus, omdat het verlies ook al in de fiscale eenheid was genomen. Per 1 januari 2018 wordt deze dubbele verliesneming aangepakt.
Tip
Liquideer nog dit jaar dochtermaatschappijen buiten de fiscale eenheid met afgewaardeerde vorderingen op dochtermaatschappijen binnen de fiscale eenheid.
Einde dubbele afwaardering
Een holding kan geld uitlenen aan een dochtermaatschappij (D1) buiten de fiscale eenheid, die het geld vervolgens weer uitleent aan een dochtermaatschappij (D2) die in dezelfde fiscale eenheid zit als de holding. Komt D2 in financiële problemen, dan kan de fiscale eenheid haar verliezen benutten voor verrekening. Daarnaast zal de vordering van D1 op D2 in waarde dalen en dit kan weer de waarde van de vordering van de holding op D1 doen dalen. Vanaf 1 januari 2018 kan de holding deze ‘dubbele afwaardering’ niet meer nemen.
Tip
Zorg ervoor dat nog dit jaar het dubbele afwaarderingsverlies tot uiting komt.
Geconstrueerd liquidatieverlies
Door de deelnemingsvrijstelling worden voor- en nadelen van deelnemingen niet in aanmerking genomen bij de moedermaatschappij. Een uitzondering hierop vormt de liquidatieverliesregeling. Deze realiseert dat de deelnemingsvrijstelling geen toepassing vindt op een verlies op een deelneming die is geliquideerd. Dit liquidatieverlies wordt vastgesteld op het opgeofferde bedrag minus de liquidatie-uitkeringen uit de deelneming. De liquidatieverliesregeling bevat een bepaling om geconstrueerde liquidatieverliezen te voorkomen. Die bepaling wordt aangescherpt voor situaties waarin een tussenhoudster wordt geliquideerd.
Vragen? Met 32 vestigingen is Alfa overal dichtbij.