Banner

Maatregelen voor particulieren - Prinsjesdag 2020

16 september 2020 | Door:  Dick Leeuw

De belasting over vermogen gaat iets omlaag. Dit komt door een hogere vrijstelling. De manier waarop de belasting over het vermogen wordt geheven blijft ongewijzigd. Ook is aangekondigd dat starters en jonge doorstromers geen overdrachtsbelasting verschuldigd zijn bij de aankoop van een woning.

Aanpassing tarief box 3 

Om tegemoet te komen aan de kleinere spaarders en beleggers wordt in het wetsvoorstel ‘Wet aanpassing box 3’ voorgesteld om de vermogensrendementsheffing in box 3 aan te passen.  

De systematiek voor het bepalen van het rendement verandert in 2021 niet. Er blijven dus drie schijven aan de hand waarvan de verschuldigde belasting wordt berekend. Het heffingsvrij vermogen per persoon wordt wel verhoogd van € 30.846 in 2020 naar € 50.000 in 2021.  

De schijven zijn in 2021:   

Het tarief van box 3 wordt verhoogd naar 31% (momenteel nog 30%). 

Let op!
De verhoging van het heffingsvrij vermogen is niet van invloed op het wel of niet verkrijgen van toeslagen, zoals zorgtoeslag, huurtoeslag of het kindgebonden budget. Voor deze toeslagen geldt een vermogensgrens van € 31.430 (2021).  

Al geruime tijd leeft de wens om de vermogensrendementsheffing beter te laten aansluiten bij het werkelijke rendement. Daarom wordt op dit moment een extern onderzoek voorbereid naar praktische mogelijkheden voor een heffing die aansluit bij het werkelijke rendement van vermogensbestanddelen. Het kabinet streeft ernaar de resultaten daarvan in het voorjaar van 2021 gereed te hebben.

Verhoging overdrachtsbelasting voor verhuurde woningen en niet-woningen 

Momenteel bedraagt de overdrachtsbelasting voor woningen 2% en de overdrachtsbelasting voor niet-woningen 6%. De overdrachtsbelasting op niet-woningen, zoals bedrijfsgebouwen en bedrijfsruimten, zou per 1 januari 2021 omhooggaan naar 7%. Die wijziging gaat niet door.  

In plaats daarvan wordt vanaf 2021 het algemene tarief van 6% verhoogd naar 8%. Dit tarief geldt voor de koop van niet-woningen, zoals bedrijfspanden. Dit geldt ook voor het kopen van een woning die jij niet als hoofdverblijf gebruikt, zoals verhuurde woningen en vakantiewoningen.  

De aanschaf van woningen door niet-natuurlijke personen (zoals bv’s, woningcorporaties, etc.) is vanaf 1 januari 2021 dus altijd belast met 8% overdrachtsbelasting. 

Tip!
Wil jij gaan beleggen in onroerend goed en wil jij nog gebruikmaken van het lagere overdrachtsbelastingtarief? Dan moet het onroerend goed voor 31 december 2020 aan jou zijn overgedragen én geleverd! 

Vrijstelling overdrachtsbelasting voor starters 

Starters die een huis kopen, hoeven vanaf 1 januari 2021 geen overdrachtsbelasting meer te betalen.    

De voorwaarden voor deze vrijstelling zijn: 

De koper moet schriftelijk verklaren dat aan die voorwaarden is voldaan. De notaris heeft deze verklaring nodig voor de aangifte overdrachtsbelasting.  

Als een stel samen een huis koopt, bijvoorbeeld ieder voor de helft, dient per koper te worden beoordeeld of gebruik kan worden gemaakt van de vrijstelling. Het kan dus voorkomen dat de ene koper een beroep kan doen op de vrijstelling, terwijl de andere koper over zijn aandeel in de woning 2% overdrachtsbelasting verschuldigd is.  

Als jij niet aan deze voorwaarden voldoet bij de koop van een woning, betaal jij 2% overdrachtsbelasting. Je hebt alleen recht op dit verlaagde tarief als jij zelf in de woning gaat wonen. Anders geldt het nieuwe tarief van 8%.  

Tip!
Ben jij tussen de 18 en 35 jaar en heb jij al een eigen woning, maar wil jij vanaf 1 januari 2021 een nieuwe woning kopen? Dan heb jij gewoon recht op de vrijstelling van de overdrachtsbelasting voor starters. Jij hebt namelijk nog niet eerder gebruik gemaakt van deze vrijstelling. 

Menselijker systeem voor toeslagen Belastingdienst 

Naar aanleiding van de kinderopvangtoeslagaffaire zijn al veel wijzigingen doorgevoerd, zoals het installeren van twee staatssecretarissen bij de Belastingdienst en het aannemen van de hardheidsregeling.  

In het Belastingplan 2021 is hier het voorstel voor de ‘Wet verbetering uitvoerbaarheid toeslagen’ aan toegevoegd. Deze wet moet op korte termijn een beter en menselijker systeem mogelijk maken en de rechtsbescherming van burgers vergroten. De meest in het oog springende maatregelen uit het wetsvoorstel zijn: 

Levensloop 

Tot 2012 hadden werknemers de mogelijkheid om te sparen voor een levensloopuitkering. Bij de afschaffing van de levensloopregeling is bepaald dat werknemers met een levensloopaanspraak van meer dan € 3.000 op 31 december 2011, gebruik kunnen maken van overgangsrecht. Dit overgangsrecht eindigt per 31 december 2021. Dit betekent dat als de levensloop vóór 1 januari 2022 nog niet als loon is uitgekeerd, de waarde van de levensloop wordt belast.  

Dit overgangsrecht loopt tegen praktische problemen aan, waardoor het overgangsrecht als volgt wordt aangepast: 

Eenmalige huurverlaging voor huurders met een laag inkomen 

Ondanks dat woningcorporaties bij het toewijzen van een woning rekening houden met de hoogte van het inkomen, zijn er mensen die een huur betalen die te hoog is voor hun inkomen. Om die reden kunnen kwalificerende huurders vanaf 1 januari 2021 eenmalig om huurverlaging vragen bij hun woningcorporatie. Jij komt voor een huurverlaging in aanmerking als jij een sociale woning van een woningcorporatie huurt (geen vrije sector) en voldoet aan de volgende voorwaarden: 

Let op!
Jouw inkomen over 2019 wordt als basis genomen om te beoordelen of jij in aanmerking komt voor de huurverlaging. 

Bekijk alle artikelen over de maatregelen van het Belastingplan 2021 op onze speciale Prinsjesdag-pagina.

Dick Leeuw

Dick Leeuw

Belastingadviseur

088 2532778 | dleeuw@alfa.nl


Meer over Dick