Banner

Maatregelen met betrekking tot auto en klimaat - Prinsjesdag 2021

22 september 2021 | Door:  Sabine Rozeboom

Het kabinet wil verduurzaming stimuleren en stelt verschillende veranderingen in de klimaat- en milieuwetgeving voor om te voldoen aan de afspraken in het Klimaatakkoord. Dat heeft gevolgen voor bijvoorbeeld de bijtelling van de elektrische auto en de bpm.

Wederom hogere bijtelling voor elektrische auto

Al jaren wordt de bijtelling voor het privégebruik van elektrische auto’s stapsgewijs verhoogd. Met ingang van 2022 bedraagt de bijtelling voor het privégebruik van elektrische auto's 16 procent. In 2021 is dit nog 12 procent.

De maximale cataloguswaarde waarover deze lage bijtelling wordt verleend (de zogenoemde Tesla-taks), wordt vanaf 2022 verlaagd. Is de cataloguswaarde van de auto hoger dan 35.000 euro? Dan geldt voor het bedrag daarboven het normale bijtellingspercentage van 22 procent.

In een schematisch overzicht zien de bijtelling bij privégebruik van elektrische auto’s en de maximale cataloguswaarde waarvoor dit geldt er als volgt uit:

Het bijtellingspercentage staat voor een periode van vijf jaar vast, gerekend vanaf de eerste dag van de maand, volgend op de datum van eerste toelating.

Tip! Heb je het voornemen om een elektrische auto aan te schaffen? Zorg er dan voor, als dat mogelijk is, dat de eerste tenaamstelling van de auto nog in 2021 plaatsvindt. Daarmee stel je de lagere bijtelling van 12 procent over de eerste 40.000 euro cataloguswaarde voor het privégebruik van de auto voor 60 maanden veilig.

Verhoging bpm

De te betalen bpm wordt aan de hand van de CO2-uitstoot van een personenauto vastgesteld. Voor auto’s die meer CO2 uitstoten, moet meer bpm worden betaald. Aangezien auto’s steeds zuiniger worden, loopt de belastingopbrengst van de bpm terug. Om de belastingopbrengst van de bpm te verhogen, gaan de tarieven omhoog.

Ook de komende jaren wordt de bpm verhoogd. Die verhoging wordt gekoppeld aan de verwachte ‘vergroening’ van nieuwe automotoren en bedraagt 2,3 procent.

De Milieu-investeringsaftrek (MIA) wordt verhoogd 

Al jaren stimuleert de overheid bedrijven om te investeren in innovatieve, milieuvriendelijke bedrijfsmiddelen met de Milieu-investeringsaftrek (MIA). Met de MIA mogen ondernemingen een percentage van de investeringskosten aftrekken van de fiscale winst. Er hoeft dan minder inkomsten- of vennootschapsbelasting te worden betaald. 

Per 1 januari 2022 worden de percentages verhoogd, zodat je een hogere aftrek kunt krijgen. Milieuvriendelijke investeringen worden daarmee aantrekkelijker. De MIA kent nu 3 percentages: 13,5 procent, 27 procent en 36 procent. Vanaf 1 januari 2022 worden deze steunpercentages verhoogd naar 27 procent, 36 procent en 45 procent.  

Op de Milieulijst staat aangegeven welk percentage geldt voor een milieuvriendelijk bedrijfsmiddel. RVO vernieuwt de Milieulijst aan het einde van ieder jaar. In combinatie met de Vervroegde afschrijving milieu-investeringen (Vamil) kan het netto belastingvoordeel voor jou oplopen tot ruim 14 procent  van het investeringsbedrag.  

Tip! Overweeg om milieuvriendelijke investeringen uit te stellen tot 2022. Let wel op dat de Milieulijst wijzigt per 2022. Het risico is dat bepaalde investeringen vanaf 2022 niet meer kwalificeren voor MIA. 

Voorkoming dubbele energiebelasting bij energieopslag

De levering van elektriciteit aan een energieopslagfaciliteit zal onder voorwaarden per 1 januari 2022 niet worden aangemerkt als een belaste levering voor de energiebelasting. Bij energieopslag treedt dubbele belasting op in de energiebelasting, doordat de heffing zowel plaatsvindt op het moment dat elektriciteit wordt geleverd aan een energieopslagfaciliteit als op het moment dat elektriciteit wordt geleverd aan een verbruiker in de keten. Met de voorgestelde wijziging wordt deze economische dubbele belasting weggenomen. 
 

Verruiming van toepassing verlaagd tarief walstroom

Walstroom heeft vanaf 1 januari 2021 een verlaagd tarief van 0,05 eurocent per kWh en een vrijstelling van opslag duurzame energie (ODE). Onder de huidige wetgeving is voor toepassing van het verlaagd tarief vereist dat de walstroominstallatie beschikt over een zelfstandige aansluiting. Het Belastingplan 2022 bevat een wijziging waardoor het verlaagd tarief (onder voorwaarden) kan worden toegepast bij levering van elektriciteit aan walstroominstallaties zonder zelfstandige aansluiting.

Uitbreiding overgangsrecht Postcoderoosregeling

De Postcoderoosregeling is per 1 april 2021 vervallen en vervangen door een subsidieregeling. Voor bestaande projecten geldt een overgangsregeling. In het Belastingplan 2022 wordt voorgesteld om per 1 januari 2022 het overgangsrecht uit te breiden zodat ook nieuw toegetreden leden (bij plaatsvervanging)– naast bestaande leden – nog gedurende 15 jaren na het tijdstip waarop de coöperatie is aangewezen profiteren van de Postcoderoosregeling.

Verduidelijkingen in samenloop vrijstelling en nihiltarief voor aardgas

De energiebelasting kent een vrijstelling voor aardgas dat niet wordt gebruikt als brandstof óf dat wordt gebruikt als additief óf als vulstof in aardgas vervangende producten.

Tevens kent de energiebelasting een nihiltarief voor als aardgas aangemerkte producten, voor zover deze als brandstof worden gebruikt in de inrichting waarin zij zijn ontstaan.

In de Overige Fiscale Maatregelen 2022 wordt voorgesteld om de vrijstelling per 1 januari 2022 niet van toepassing te verklaren indien aardgas wordt gebruikt in de eigen inrichting waarin het is ontstaan (zelf opgewekt) en het nihiltarief op dat gebruik van toepassing is.

Tenzij anders aangegeven, gelden de bovengenoemde wijzigingen met betrekking tot de energiebelasting eveneens voor de ODE.

Bekijk alle artikelen over de maatregelen van Prinsjesdag 2021 op onze speciale Prinsjesdag-pagina

Sabine Rozeboom

Sabine Rozeboom

Business analist

088 2531663 | srozeboom@alfa.nl


Meer over Sabine