Banner

Videosurveillance van werknemers; mag dat?

29 juli 2021 | Door:  Hanneke Grevengoed - de Swart

Sinds 25 mei 2018 geldt voor de hele EU dezelfde privacywetgeving. In Nederland is deze wetgeving opgenomen in de AVG (Algemene Verordening Gegevensbescherming). In ieder land is er een onafhankelijk toezichthoudend orgaan, dat de privacyrechten bewaakt en ervoor zorgt dat de wetten worden nageleefd. In Nederland is het toezichthoudende orgaan de AP (Autoriteit Persoonsgegevens). 

Videosurveillance

Een werkgever zal soms een videocamera willen ophangen op de werkvloer. De vraag is of dat mag. In IJsland deed zich een dergelijke situatie voor. Een IJslandse ijssalon kreeg daar een boeten van ca. € 34.000 opgelegd voor opgehangen beveiligingscamera’s waarmee het personeel geobserveerd werd. De ondernemer overtrad daarbij meerdere regels uit de AVG, zo oordeelde de IJslandse toezichthouder.

De situatie

Door een minderjarige werknemer van de ijssalon werd een klacht ingediend over het cameratoezicht bij de IJslandse toezichthouder. De werknemer klaagde over cameratoezicht in een kleedruimte en over het feit dat het personeel niet op de hoogde werd gesteld van de cameraopnamen. 

Beoordeling

Naar aanleiding van de klachten van de werknemer startte de IJslandse toezichthouder een onderzoek, waarna de werknemer in al zijn klachten in het gelijk werd gesteld. Op grond van de Europese privacywetgeving is het verboden voor werkgevers om hun werknemers te filmen als zij daarover niet actief in kennis zijn gesteld. Er werden ook geen stickers of flyers teruggevonden in de ijswinkel. De ondernemer van de ijswinkel was door het ontbreken van de kennisgeving onvoldoende transparant. Ook vond de IJslandse toezichthouder het continu filmen van de werknemers disproportioneel en werd het de werkgever aangerekend dat hij weigerde om zijn volledige medewerking aan het onderzoek te verlenen. 

De IJslandse toezichthouder constateerde daarnaast verzwarende omstandigheden, als gevolg waarvan een hoge boete gerechtvaardigd was. Zo zag de overtreding van de privacywetgeving op meerdere minderjarige werknemers. Op grond van de privacywetgeving genieten minderjarigen specifieke bescherming, omdat zij kwetsbaarder zijn dan volwassenen. Op grond van de geldende privacywetgeving hebben jongeren recht op een veilige werkomgeving die niet in strijd is met de privacyregels. 

Naast de opgelegde boete van € 34.000, moest de eigenaar ook de videobewaking staken, diende hij alle opgenomen beelden te wissen en zijn beleid aan te passen zodat hij voldeed aan de wet- en regelgeving. Tot slot diende zowel de werkgever als de werknemers van de IJslandse toezichthouder een cursus te volgen zodat zij weten wat wel en niet is toegestaan in het kader van videobewaking.

De Nederlandse toezichthouder

Wat zegt de Nederlandse toezichthouder (AP) over videobewaking op de werkplek? De AP erkent dat videobewaking op de werkplek zou kunnen helpen tegen bijv. diefstal, maar dat daarentegen de inbreuk op de privacy van werknemers en eventuele bezoekers groot is. Om die reden mag de werkgever camera’s slechts onder een aantal voorwaarden ophangen.

Voorwaarden

Videobewaking mag dus, maar er gelden strikte voorwaarden. Die voorwaarden zijn: 
- Geen geluidsopnamen;
- De inbreuk op de privacy moet zo klein mogelijk zijn (dus niet in de kleedkamer);
- De werkgever heeft een gerechtvaardigd belang nodig (tegengaan diefstal of bescherming van werknemers/bezoekers);
- De videobewaking dient noodzakelijk te zijn (minder ingrijpend alternatief);
- De videobewaking is onderdeel van een totaalpakket aan maatregelen;
- Werknemers/bezoekers zijn op de hoogte gesteld van de videobewaking en het doel ervan;
- De werkgever voert eerst een privacy-toets uit (belangenafweging tussen belangen werknemers en eigen belangen);
- Als er een ondernemingsraad is binnen de onderneming, dan zal hij de plannen voor videobewaking eerst met hem moeten bespreken. De ondernemingsraad dient voor het starten van de videobewaking zijn toestemming te hebben verleend;
- Onder omstandigheden dient de werkgever ook een ‘data protection impact assessment’ (DPIA) uit te voeren (bijv. als de werkgever structureel of gedurende een langere periode cameratoezicht inzet voor dit doel, of een verborgen camera wil inzetten);
- De beelden worden niet langer bewaart dan noodzakelijk. Volgens de richtlijn maximaal vier weken, tenzij een incident is vastgelegd. Dan mogen de beelden worden bewaard totdat het incident is afgewikkeld.

Rechten werknemers/bezoekers

Naast dat de werkgever aan bovenstaande voorwaarden dient te voldoen, hebben werknemers (of bezoekers) op grond van de AVG nog een aantal rechten ter bescherming van de privacy. Het gaat om de volgende privacy rechten:
- Het recht op inzage;
- Het recht der vergetelheid;
- Het recht op beperking van de verwerking;
- Het recht om bezwaar te maken tegen het gebruik van de persoonsgegevens.

Contact

Wil je meer weten hierover? Neem dan contact op met Mariska Zentveldt, met één van onze juridisch adviseurs of met je eigen contactpersoon bij Alfa. Met 35 vestigingen is Alfa overal dichtbij!


 

Hanneke Grevengoed - de Swart

Hanneke Grevengoed - de Swart

Marketing & Sales

088 2533222 | hgrevengoed@alfa.nl


Meer over Hanneke