Banner

Hypotheekrenteaftrek en haar beperkingen

4 februari 2020

Heb jij een hypotheek afgesloten voor jouw eigen woning? Dan mag je de hypotheekrente in jouw belastingaangifte aftrekken van jouw inkomen uit werk en woning. Maar let op, een aantal situaties hebben invloed op de aftrekmogelijkheid van de hypotheekrente. In dit artikel komen drie van deze situaties aan bod. Er bestaan twee regelingen voor hypotheken, die vóór 1 janauri 2013 en daarna. Vanaf 1 januari 2013 is het voor de toepassing van hypotheekrenteaftrek verplicht om de hypotheek annuïtair of lineair binnen 30 jaar af te lossen. Voor hypotheken die op 31 december 2012 al bestonden, blijven de oude regels gelden. 

Oversluiten van een bestaande hypotheek

Een reden voor het oversluiten van een bestaande hypotheek is omdat je elders een lagere rente of betere voorwaarden kunt krijgen. Jouw huidige hypotheekverstrekker kan mogelijk een boeterente in rekening brengen wanneer je er voor kiest je hypotheek over te sluiten naar een andere hypotheekverstrekker.
 
Indien je een hypotheek hebt afgesloten vóór 1 januari 2013, en jouw hypotheekbedrag blijft bij het oversluiten gelijk, dan verandert je hypotheekrenteaftrek niet. Dit geldt ook voor aflossingsvrije hypotheken. Je mag de betaalde hypotheekrente blijven aftrekken voor de duur van in totaal 30 jaar. Deze termijn is aangevangen op het moment dat de eerste hypotheek is afgesloten.
 
Als je een hypotheek hebt afgesloten op of na 1 januari 2013 mag je de hypotheekrente alleen aftrekken als je jouw hypotheek binnen 30 jaar lineair of annuïtair aflost. De 30 jaarstermijn hangt samen met het bedrag waarover je hypotheekrente betaalt. Het oversluiten van een hypotheek levert dus niet opnieuw 30 jaar aftrek op!


Verhogen van je hypotheek 

Soms is het mogelijk om jouw bestaande hypotheek te verhogen, bijvoorbeeld voor een verbouwing. Onder bepaalde voorwaarden is de rente die je betaalt over de verhoogde hypotheek aftrekbaar voor een nieuwe termijn van 30 jaar.
 
Het dient daarbij te gaan om een verhoging van een hypotheek op de eigen woning en de hypotheekverhoging, waarbij de verhoging wordt gebruikt voor kwaliteitsverbetering van de eigen woning. Het verhoogde deel moet annuïtair of lineair afgelost worden met een maximale looptijd van 30 jaar.
 
Sinds 1 januari 2018 geldt dat je niet meer dan 100% van jouw woningwaarde kan lenen. Je kunt dus ook door een verhoging van de hypotheek niet meer lenen dan de waarde van jouw woning.


Bijleenregeling 

Als je jouw oude woning met overwaarde verkoopt moet rekening gehouden worden met de zogeheten bijleenregeling. Je moet de overwaarde van de oude woning investeringen in een volgende woning. Doe je dit niet, en je sluit een lening af voor de volledige aankoopprijs van de nieuwe woning dan heb je geen recht op hypotheekrenteaftrek over het hypotheekbedrag ter grootte van die overwaarde.
 
De overwaarde, ook wel eigenwoningreserve genoemd, vervalt na drie jaar.

Stel je verkoopt jouw woning voor € 300.000. Op deze woning rust een hypotheek van € 250.000. De overwaarde / eigenwoningreserve van de woning die je verkoopt is € 50.000. Je koopt een nieuwe woning van € 200.000. De rente is dan aftrekbaar over een hypotheek of lening van maximaal € 150.000 ( Aankoopbedrag € 200.000 – eigenwoningreserve € 50.000). Leen je meer dan € 150.000? Dan mag je over het bedrag boven € 150.000 geen rente aftrekken.
 
Wil je meer weten over de hypotheekrenteaftrek? Neem dan contact met ons op!