Banner

Tips voor alle belastingplichtigen

22 november 2016

Als het belastingplan 2017 wordt aangenomen gaat het tarief van de inkomstenbelasting een fractie omhoog, en wijzigen enkele belangrijke inkomensafhankelijke heffingskortingen. De aftrekposten voor monumentenpanden en voor scholingsuitgaven staan ter discussie, maar blijven in 2017 nog gelden. Daarnaast is vorig jaar al besloten tot een aanpassing van de systematiek van box 3. Afhankelijk van de omvang van uw vermogen kan dat voor- of nadelig uitpakken. U kunt nog anticiperen!

1. Houd rekening met de nieuwe tarieven in box 3

Met ingang van 1 januari 2017 verandert de heffing van box 3. Het vaste forfaitaire rendement van 4% wordt vervangen door drie schijven met jaarlijks veranderende rendementen. Voor de peildatum 1 januari 2017 zijn deze als volgt vastgesteld:

Vermogens-schijf Vermogen (na aftrek heffingsvrij vermogen) Forfaitair Rendements-percentage
1 Minder of gelijk aan €75.000 2,87%
2 Meer dan €75.000 of minder of gelijk aan €975.000 4,60%
3 Meer dan €975.000 5,39%

Het tarief in box 3 blijft 30%. Het heffingsvrij vermogen (een vast bedrag dat vrijgesteld is van belasting) wordt verhoogd naar € 25.000 per persoon.

Let op!
De nieuwe tarieven zijn voordeliger voor de lagere vermogens en nadeliger voor de hogere vermogens. Het omslagpunt ligt rond een vermogen van € 245.000. Tot dat vermogen betaalt u in 2017 effectief minder belasting over uw vermogen dan in 2016. Is uw vermogen groter, dan zult u in 2017 effectief meer belasting betalen over uw vermogen.

2. Beleg groen in box 3

Wilt u uw box 3 vermogen verlagen, denk dan ook eens aan groene beleggingen. Voor groene beleggingen geldt een vrijstelling in box 3 van maximaal € 57.213 (bedrag 2016). Heeft u een fiscale partner, dan bedraagt de vrijstelling voor u en uw partner gezamenlijk zelfs het dubbele (€ 114.426). Naast de vrijstelling in box 3 heeft u ook nog recht op een heffingskorting van 0,7% van het vrijgestelde bedrag in box 3.

Tip:
Check wel altijd eerst of het fonds waarin u wilt beleggen door de Belastingdienst is aangewezen als een groen fonds. Is dat niet het geval, dan geldt de vrijstelling en de heffingskorting namelijk niet.

3. Koop uw zaken voor persoonlijk gebruik nog dit jaar

Alle roerende zaken die voor persoonlijke doeleinden worden gebruikt of verbruikt, hoeft u niet op te geven in box 3. Bij roerende zaken kunt u denken aan inboedel, een auto, boot of caravan maar bijvoorbeeld ook aan juwelen of een duur horloge. Bent u van plan binnenkort een dergelijke aanschaf te doen, zorg dan dat u deze aanschaf uiterlijk 31 december heeft gedaan en betaald. In de box 3 heffing per 1 januari 2017 zal dit vermogen dan niet meer worden meegenomen.

Let op!
Er geldt een antimisbruikmaatregel. Kan de Belastingdienst namelijk aannemelijk maken dat u de zaken hoofdzakelijk ter belegging heeft gekocht, dan behoren deze zaken wel tot het vermogen in box 3. Ook als u deze zaken tevens persoonlijk gebruikt.

4. Investeer in kunst en wetenschap

Ook voorwerpen van kunst en wetenschap zijn vrijgesteld in box 3. Wilt u uw box 3-vermogen per 1 januari 2017 verlagen, overweeg dan een investering in voorwerpen van kunst of wetenschap.

Tip:
Ook hier geldt een antimisbruikmaatregel. De vrijstelling geldt niet als de voorwerpen voor ten minste 70% ter belegging dienen.

5. Word energieleverancier

Investeert u in zonnepanelen, dan levert dat een aantal financiële en fiscale voordelen op. Als de zonnepanelen onroerend zijn maken zij deel uit van uw woning en hoeft u ze niet in box 3 op te geven. Daarnaast kunt u de btw met betrekking tot de zonnepanelen terugvragen bij de Belastingdienst. U wordt namelijk als particulier met zonnepanelen voor de btw aangemerkt als ondernemer. Tenslotte gaan uw energiekosten omlaag omdat u zelf een deel van uw energie opwekt via de zonnepanelen. Door al deze voordelen zal het rendement op de zonnepanelen hoger zijn dan vandaag de dag op een gewone spaarrekening. Investeer daarom in zonnepanelen en word uw eigen energieleverancier.

6. Wees snel met onderhoud aan uw monumentenpand

Particuliere eigenaren kunnen de kosten van onderhoud aan hun rijksmonumentenpand nu nog fiscaal in aftrek brengen. Een wetsvoorstel om die aftrek met ingang van 2017 af te schaffen wordt voorlopig niet verder behandeld. De aftrek blijft in 2017 dus in stand, maar het is de bedoeling om de aftrek in 2018 alsnog af te schaffen. In de plaats van de aftrek komt dan waarschijnlijk een subsidieregeling voor sober en doelmatig onderhoud. Die subsidie zou tussen € 500 en € 2.500 per jaar bedragen.

Tip:
Pleeg en betaal uw onderhoud nog zoveel mogelijk in 2016 en 2017, zodat u nog gebruik kunt maken van de fiscale aftrek.

7. Stel uw opleiding niet langer uit

Particulieren die een opleiding of studie voor een beroep volgen, kunnen waarschijnlijk alleen nog in 2016 en 2017 de kosten hiervan in aftrek brengen als scholingsuitgaven. Het wetsvoorstel om die aftrek met ingang van 2018 af te schaffen wordt voorlopig weliswaar aangehouden, maar het blijft de bedoeling om de aftrekpost te schrappen. In plaats daarvan zou een regeling met scholingsvouchers komen voor mensen die uit zichzelf minder snel geneigd zijn om scholing te volgen, maar waarvan het maatschappelijk belang van scholingsdeelname groot is.

Let op!
De scholingsvouchers zijn bedoeld voor een gerichte doelgroep. De kans is aanwezig dat u niet tot deze doelgroep behoort. Start daarom nog dit jaar een opleiding of studie voor een beroep en profiteer nog tot en met 2017 van de fiscale aftrek.

Tip:
Er komt mogelijk een overgangsregeling voor studenten die een langdurige opleiding zijn aangegaan op het moment dat nog niet bekend was dat de aftrek scholingsuitgaven zou worden afgeschaft.

8. Koop nog dit jaar een lijfrente

Koop nog dit jaar een lijfrente of stort op uw lijfrentespaarrekening of lijfrentebeleggingsrecht en creëer daarmee een extra aftrekpost. De betaalde bedragen zijn alleen aftrekbaar als sprake is van onvoldoende pensioenopbouw. Dit wordt bepaald aan de hand van de jaar- en reserveringsruimte. Laat u vooraf informeren over alle voorwaarden en de hoogte van de maximaal aftrekbare premie.

Tip:
Zorg dat u de bedragen in 2016 betaalt! Alleen dan kunt u deze nog in aftrek brengen in uw aangifte inkomstenbelasting 2016.

9. Voorkom belastingrente: verzoek om een voorlopige aanslag

Met betrekking tot uw aanslag inkomstenbelasting 2015 rekent de Belastingdienst vanaf 1 juli 2016 een rente van 4%. Dit is hoog, zeker in vergelijking met het huidige rendement op een spaarrekening. Voorkom dat u deze hoge rente verschuldigd wordt en controleer of uw voorlopige aanslag juist is. Is deze te laag, vraag dan zo snel mogelijk een nieuwe voorlopige aanslag aan.

Tip:
Vraag ook een nieuwe lagere voorlopige aanslag aan als uw voorlopige aanslag te hoog is. In tegenstelling tot vroeger kunt u niet meer “sparen” bij de Belastingdienst. De Belastingdienst vergoedt namelijk over het algemeen geen rente meer over een te hoge aanslag.

10. Vraag middeling aan bij schommelende inkomsten

Heeft u de afgelopen jaren sterk schommelende inkomsten gehad in box 1, dan heeft u misschien meer belasting betaald dan bij gelijkmatige inkomsten het geval zou zijn. In zo’n geval kunt u door middel van middeling proberen geld terug te vragen bij de Belastingdienst. Middeling vindt plaats door voor drie aaneengesloten kalenderjaren uit te gaan van de gemiddelde inkomsten. Houd hierbij rekening met een drempel van € 545. Alleen het meerdere boven deze € 545 krijgt u van de Belastingdienst terug. 

Let op!
Middeling gaat niet automatisch. U moet hiervoor zelf een schriftelijk verzoek indienen bij de Belastingdienst.